Rozemarijn soorten
Rozemarijn werd voorheen als een eigen plantensoort gezien, tot werd ontdekt dat het eigenlijk familie is van de salie. Rozemarijn (Salvia rosmarinus) is dus familie van keukensalie (Salvia officinalis) en van witte salie (Salvia apiana). Ook de wetenschappelijke naam van rozemarijn is na deze ontdekking veranderd.
Voorheen was de wetenschappelijke naam van rozemarijn Rosmarinus officinalis maar deze is veranderd in Salvia rosmarinus. De twee wetenschappelijke namen zijn nu synoniemen voor dezelfde plant.
Doorgaans zijn er drie soorten (rassen) rozemarijn die fysiek te onderscheiden zijn, maar alleen tijdens de bloei. Het ene soort maakt witte of witblauwe bloemetjes, het andere soort maakt blauwe bloemetjes. Een derde soort maakt zelfs kleine, roze bloemetjes. Verder zijn de verschillen tussen deze soorten rozemarijn echt minimaal.
Een rozemarijn plant is van oorsprong een Mediterrane plant of eigenlijk een kleine, Mediterrane struik. Er is ook een kruipende variëteit van rozemarijn. Kruip-rozemarijn (Salvia rosmarinus prostratus of voorheen Rosmarinus officinalis prostratus) doet wat de naam al zegt. De hangende takken gaan kruipend over de grond.
Rozemarijn zaaien en planten
Wanneer kan je rozemarijn zaaien?
Rozemarijn zaaien of voorzaaien/voorkiemen kan onder glas van februari tot april.
Wanneer kan je rozemarijn planten?
Rozemarijn planten of uitplanten op de bestemde plek kan buiten van april tot mei.
Rozemarijn kan je als plantje kopen en in de tuin zetten, maar veel leuker is natuurlijk om het zelf te zaaien. En ook dat zaaien is best makkelijk. Het kan een grote struik worden en deze staat wel graag op een goed plekje, met de juiste grond.
Rozemarijn zaaien
Je kunt rozemarijn makkelijk in kleine kweekpotjes zaaien. Vul een paar kweekpotjes met fijne zaaigrond, eventueel aangevuld met fijn zand of perliet. Strooi in ieder potje een drietal zaadjes. Je hoeft de zaadjes niet af te dekken maar je kunt dit eventueel doen met een heel dun laagje zaaigrond of zand.
Bij kamertemperatuur kiemt rozemarijn redelijk snel. Als de temperatuur iets lager ligt heb je meer geduld nodig. Meestal zie je de eerste kiemen opkomen binnen één tot twee weken. Bij lage temperaturen kunnen er nog zaden kiemen tot zeker een maand na het zaaien.
Rozemarijn planten
Als je rozemarijn gaat planten of je zaailingen gaat uitplanten, kies dan een goed plekje uit. Naast de standplaats is juist de grondsoort extra belangrijk. Daarover meer onder het kopje bodem en bemesten. Na het planten groeit rozemarijn vaak traag verder. Het is geen snelle groeier maar het kan op de juiste plek een grote struik worden.
Per vierkante meter kan je ongeveer 3 tot 5 rozemarijn planten laten groeien in de volle grond. In rijen kan je ongeveer 2 tot 3 rozemarijn planten per strekkende meter laten groeien in de volle grond.
Rozemarijn standplaats en verzorgen
Rozemarijn kweken we alleen op een droge, zonnige plek. Is het ergens te vochtig of te veel beschaduwd dan groeit rozemarijn slecht. Als het struikje dan al groeit, worden de blaadjes geel en ziet het plantje er ongezond uit. Vooral de grond is bij rozemarijn extra belangrijk. Ook dat we rozemarijn kweken in de volle zon, is erg belangrijk.
Rozemarijn heeft naast de grond en standplaats niet heel veel eisen. De vraag of rozemarijn winterhard is kan je beantwoorden met ja, maar niet bij strenge vorst. Rozemarijn is maar matig winterhard. Als je rozemarijn in pot kweekt kan je het struikje naar binnen halen als het erg gaat vriezen. Anders moet je het struikje beschermen bij strenge vorst.
Je kunt elk jaar rozemarijn snoeien, maar alleen op een specifieke manier. Daarover lees je meer bij het stukje over rozemarijn snoeien. Geef soms water en bemest heel weinig.
Rozemarijn combinatieteelt en wisselteelt
Rozemarijn
Voor het kweken van rozemarijn hoef je geen wisselteelt te gebruiken.
Rozemarijn goede buren
Rozemarijn kweken kan goed samen met
lavendel,
pronkboon,
salie,
slaboon,
tijm,
tuinboon,
wortel,
als je gebruik maakt van combinatieteelt.
Rozemarijn slechte buren
Rozemarijn kweken gaat liever niet samen met
tomaat,
als je gebruik maakt van combinatieteelt.
Rozemarijn water geven
Rozemarijn kweken we graag op een arme, droge en schrale grond. Net als het kleine broertje salie, maar ook tijm en lavendel groeien goed op dezelfde plekken. Rozemarijn heeft dus niet veel water nodig. Houd er rekening mee dat in potjes de grond sneller opdroogt, dan geef je vaker water.
Wat opvalt is dat rozemarijn vrij stevig is. Het plantje gaat niet snel slap hangen bij te weinig water, maar dit betekent niet dat het blij is met zeer langdurige droogte. Af en toe water geven is dus wel belangrijk. Vergeet het struikje dus niet maar geef ook niet te veel en te regelmatig water.
Rozemarijn grondsoort en bodem
Rozemarijn kweken we uitzonderlijk op droge, vaak zanderige en schrale grond. Op een stevige kleigrond of bosgrond kan je simpelweg geen rozemarijn kweken. Dat lukt gewoon niet, rozemarijn wordt geel en sterft langzaam af. De grond die je kiest is dus erg belangrijk. De bodem mag ook best kalkrijk zijn.
Je kunt rozemarijn in pot kweken. Vul de pot dan met een laagje kiezels of hydrokorrels (kleikorrels) op de bodem. Je maakt bij voorkeur zelf een potgrondmengsel. Zelf gebruiken we biologische moestuinaarde. Hier voegen we vervolgens perliet aan toe. Perliet helpt bij de afwatering en is ideaal op deze manier te gebruiken.
Ook brekerzand voegen we zelf toe aan de potgrond. Je kunt brekerzand ook in de vollegrond gebruiken om de grond losser en zanderiger te maken. Brekerzand is in elk geval onmisbaar in potgrond die je gebruikt om rozemarijn zelf te kweken in pot.
pH
Rozemarijn tolereert bodems waarvan de pH-waarde tussen deze twee waarden in ligt. Links is zuur en rechts is basisch. Lees ook: Wat is pH?
Rozemarijn bemesten
Rozemarijn heeft bijna geen bemesting nodig, behalve als het plantje een langere tijd (jaren) op dezelfde plek staat. Het kan dat de voeding dan is uitgespoeld. Ook in potten spoelen voedingsstoffen snel uit. Rozemarijn in pot zal je dus vaker bemesten. Kies dan een lichte meststof met niet te veel stikstof.
Algemene meststoffen, bijvoorbeeld mest voor lavendel en andere geurende kruiden, zijn ideaal voor rozemarijn. Ook is het aan te raden om af en toe kalk te strooien. Zeker als de bodem licht zuur is, is het belangrijk om regelmatig kalk te blijven strooien.
Voor het bemesten van rozemarijn adviseren we bij benadering de samenstelling stikstof (N), fosfaat (P) en kalium (K) 6-6-8 . Dit is ons advies en geen vereiste. Je kunt zelf mest mengen naar verhouding. Lees ook: Wat is NPK mest?
Rozemarijn bloei en bestuiven
Wanneer bloeit rozemarijn? Rozemarijn bloeit doorgaans van maart tot april.
Je kunt rozemarijn oogsten zonder te bestuiven, want je oogst de blaadjes. Voor de gewone teelt is bestuiven dus niet echt nodig. Voor de zaadteelt kan dit wel handig zijn. Rozemarijn bloeit in de meeste jaren en vaak al vroeg in het jaar. De bloemetjes zijn tweeslachtig en rozemarijn is dus zelfbestuivend.
Voor de bestuiving krijgt rozemarijn hulp van insecten zoals bijtjes en hommeltjes. Zij zijn dol op de bloemen van rozemarijn. Na de bloei laat je de resten opdrogen aan de plant. Zo drogen de zaden na de bloei eerst goed aan de plant. De zaden kan je daarna gerust oogsten.
Wanneer rozemarijn oogsten
Wanneer kan je rozemarijn oogsten? Doorgaans doe je dit van juni tot oktober.
Tijdens de hele groei kan je blaadjes plukken, maar ook de bloemetjes zijn eetbaar. Je kunt de bloemetjes ook laten zitten voor de bijtjes, die zijn er gek op. Je kunt hele takjes afknippen en de blaadjes direct vers gebruiken, maar je kunt ook blaadjes drogen. Rozemarijn drogen is eenvoudig.
Rozemarijn drogen we zelf vaak door een takje op te hangen op een donkere plek in huis. Door langzaam te drogen blijft het aroma nog beter behouden, maar ook dan droogt rozemarijn over het algemeen best snel. Ook kan je rozemarijn drogen door de blaadjes te spreiden op een stuk papier, op de vensterbank.
Rozemarijn gebruiken en bewaren
Rozemarijn kan vaak in combinatie met tijm of zeezout worden gebruikt voor de zelfde gerechten, bijvoorbeeld over gebakken aardappelen. Rozemarijn smaakt erg goed bij veel vleesgerechten en kan zelfs worden meegebakken in de pan. Verder kan je rozemarijn gebruiken in soepgerechten, zoete gerechten en vaak wordt rozemarijn gedroogd.
Je kunt rozemarijn drogen om daar later thee van te zetten. Rozemarijn is ook vers goed te gebruiken. Verse rozemarijn gebruik je zo snel mogelijk na het plukken, want het droogt snel op. Dat is natuurlijk niet erg, maar als je het vers wilt gebruiken dan doe je dit het liefst zo snel mogelijk na het plukken.
Rozemarijn houdbaarheid
Hoelang kan je rozemarijn bewaren? Om rozemarijn voor een langere tijd te kunnen bewaren kan je dit het beste eerst goed drogen. Rozemarijn droogt snel en is gedroogd tot een jaar of langer te bewaren. In een afgesloten pot of bak kan er eigenlijk niets mis mee gaan. De smaak blijft bij gedroogde rozemarijn ook erg goed behouden.
Rozemarijn snoeien
Wanneer kan je rozemarijn snoeien? Doorgaans doe je dit van februari tot maart.
Rozemarijn snoeien we jaarlijks een klein stukje terug. Daarbij knippen we niet zomaar wat takjes af. Belangrijk is dat je de houten takjes laat zitten, want die groeien anders niet meer terug. Als je houten takjes weghaalt groeien deze niet meer opnieuw aan. Het struikje groeit natuurlijk wel verder maar er blijft dan een kale plek zitten.
Je kunt rozemarijn snoeien door de jonge takjes die nog groen zijn, terug te knippen. Rozemarijn snoeien we alleen om deze een beetje in vorm te houden. Meestal snoeien we rozemarijn zelfs helemaal niet. Dit komt slechts af en toe eens voor in een jaar, om de groei gelijkmatig alle kanten op te laten gaan.
Rozemarijn snoeien we alleen wanneer het niet meer vriest en wanneer geen vorst wordt verwacht. Je kunt dus het beste rozemarijn snoeien in het vroege voorjaar, vlak voor deze opnieuw gaat uitlopen. Zeker in een pot is rozemarijn snoeien niet echt nodig, omdat rozemarijn in pot altijd een stuk kleiner blijft.
Over het algemeen kan je rozemarijn dus gerust verder laten groeien. Rozemarijn snoeien is zeker niet vereist, is ook niet nodig, maar je kunt de groei gelijkmatig verdelen door een klein beetje weg te knippen. Afgeknipte delen kan je dan natuurlijk ook weer in de keuken gebruiken. Droog het of gebruik afgeknipte takjes en blaadjes vers.
Rozemarijn ziektes en plagen
Rozemarijn heeft niet snel last van plagen. Sterker nog, het is een hele aantrekkelijke plant voor bijtjes en hommeltjes, zweefvliegjes en andere bestuivende insecten. Wel is rozemarijn een wat droog kruid. Het struikje kan last krijgen van spinnen. Rozemarijn heeft daar geen last van maar het oogsten is dan misschien iets minder leuk.
Ook kan rozemarijn last krijgen van spint en witte vlieg, beestjes die doorgaans overleven in een droge omgeving.
Schimmels en ziektes komen bijna niet voor bij rozemarijn, behalve bij vochtige omstandigheden. Rozemarijn staat graag droog en bij vochtig weer, kan het zijn dat je een enkele keer botrytisrot kunt krijgen. Ook meeldauw kan bij vochtig weer je rozemarijn belagen. Een natte grond kan wortelrot veroorzaken.
De meeste èchte problemen komen bij rozemarijn dus vooral voor als het vochtig is. Als de blaadjes geel of geel gevlekt/gestipt worden, komt dit vaak door de vochtige grond. Rozemarijn kan weinig zuurstof en voedingsstoffen opnemen in arme grond als deze ook nog eens nat is.